In de dorpskern van Ressegem bevindt zich al eeuwen een kunstmatige aarden heuvel, omgeven door een brede ringgracht. Lokaal wordt deze site De Wal genoemd. Het is een restant van een middeleeuws versterking, een mottekasteel genoemd, en één van de best bewaarde exemplaren uit Vlaanderen.
Een mottekasteel is de voorloper van de middeleeuwse geometrische burcht en bestaat uit twee delen: Enerzijds het opperhof, de kunstmatige heuvel, omringd door een diepe en brede gracht. Op het opperhof bevond zich een houten of stenen constructie. Anderzijds beschikte elk mottekasteel ook over een omgracht neerhof. Dit was de residentie van de plaatselijke heer en zijn gezin en bestond uit een woning, een kapel, stallen, schuren en andere nutsvoorzieningen. Het neerhof is niet meer zichtbaar, maar bevond zich ten noorden van het opperhof.
Het mottekasteel van Ressegem dateert uit de 11e-12e eeuw en was de verblijfplaats van de Heren van Ressegem-Borsbeke. In de 16de eeuw werd de site naar alle waarschijnlijkheid vernietigd.
Toen in 1843 vlak naast de motte de pastorie werd gebouwd, werd de heuvel door een ijzeren brug met de pastoorstuin verbonden. De slotgracht wordt vandaag de dag onderhouden door een vissersclub met de welluidende naam De Walvissers.